Een van de iconen van Haren – de andere zijn wat mij betreft molen De Hoop en de dorpskerk – is het Huis de Wolf. Net als het tramwachthuis uit het vorige bericht is De Wolf een rijksmonument, en al veel vaker gefotografeerd. Het late avondlicht verlokte mij om daar nog een opname aan toe te voegen.
Het Huis de Wolf is genoemd naar een wat dubieuze herberg die vanaf eind 17e eeuw op deze plek stond. Begin 19e eeuw werd de kroeg en het omringende land gekocht door de Leeuwarder mr. Reiger, die de herberg liet afbreken en een nieuw, groter huis liet bouwen dat hij als ‘zomerhuis’ gebruikte.
Het huis zoals wij dat nu kennen, werd in 1892 gebouwd door de toen 24-jarige Friese rechtenstudent Atze Wassenaar. Hij had het zomerhuis van mr. Reiger afgebroken en het huidige pand daarvoor in de plaats gezet. Enige jaren later kocht Wassenaar een naburige boerderij (die in 1958 werd gesloopt) met grond en liet daar een privé paardenrenbaan aanleggen. De familie Wassenaar woonde van 1900 tot 1911 waarschijnlijk permanent in De Wolf. Daarna werd het verhuurd. In 1917 verkocht Wassenaars weduwe het aan de staat, die het aan Rijksuniversiteit Groningen beschikbaar stelde. De RUG legde, vanaf 1929, op het terrein een nieuwe botanische tuin aan, die later (in 1967) de toenmalige hortus aan de Grote Rozenstraat in Groningen zou vervangen.
Het huis werd nog enig tijd verhuurd, onder andere aan personeel van de hortus. Daarna waren er instituten van de universiteit in gevestigd, zoals het genetisch instituut, het polemologisch instituut, en het verkeerskundig studiecentrum.
Begin jaren ’90 van de vorige eeuw verkocht de universiteit het aan het echtpaar Hoogakker, die het pand zoveel mogelijk in oude luister liet herstellen. Een verbouwing die vele jaren duurde – een periode waarin het echtpaar in het achtergelegen koetshuis woonde. Kosten noch moeite werden tijdens de restauratie gespaard, en Haren mag de heer en mevrouw Hoogakker dankbaar zijn voor hun inspanningen om dit beeldbepalende pand in goede staat te behouden.
Bronvermelding: de informatie uit dit bericht is grotendeels afkomstig uit de publicatie ‘Buitenhuizen in Haren; wonen op stand’ door A.C. Timmer, een uitgave uit de Harener Historische Reeks (nr. 10) van uitgever Boomker en Savenije, 1995.