In een ver verleden heb ik in een aantal blogs mijn op geen enkele deskundigheid gestoelde mening over de kunst in de openbare ruimte binnen de gemeente Haren uit de doeken gedaan. Door een ietwat rigoreuze opruimactie mijnerzijds zijn die blogs geruime tijd geleden definitief in de digitale vergetelheid geraakt, en daar mist niemand iets aan, want veel positiefs viel er in mijn visie niet te melden over dit onderwerp en inmiddels ben ik ervan doordrongen dat het in ieders belang is er zo min mogelijk woorden aan vuil te maken. Gewoon de andere kant opkijken als je weer eens langs zo’n dertien-in-een-dozijn-sculptuur loopt, fietst of anderszins rijdt – dat is maar het beste.
Een van de werken waar ik me indertijd over uitliet – en waarvan het meest positieve dat erover te melden valt is dat de locatie, in een perk op de driesprong Wilhelminalaan/Westerse Drift, aardig gekozen is – is Juichende mens, dat ter gelegenheid van 50 jaar bevrijding van de Duitsers daar is neergezet op de plek waar eerder het Oranje-Lippe monument stond dat in de tweede wereldoorlog door duitsgezinden werd omgehaald.
Juichende mens – dat door de waaier Kunstwegwijs wordt toegeschreven aan de Glimmense kunstenares Johanna Nijlunsing, hoewel ik daar op haar eigen website niets over kan vinden en het beeld ook nogal afwijkt van de stijl van het daar getoonde werk – is dus zo’n sculptuur waarvan ik het bestaan heb verdrongen, en dat ik niet eens meer waarneem als ik het passeer.
Maar eens per jaar, in het voorjaar, vind ik het schitterend. Als de narcissen in het perk bloeien, en het beeld als het ware laten oprijzen uit een gele zee, als de kleuren van de bolgewassen harmonieus overgaan in de bruine tinten van het kunstwerk, als het oog overwelmd wordt door een orkest van scherp afgetekende diepgele trompetten – ja dan geniet ik van de vaag op de achtergrond juichende mensch.
Wel jammer dat de narcissen maar zo kort bloeien.
Gelkinghe 16 april 2012
De gemeente Haren zet er nu maar kunstnarcissen neer, om tegemoet te komen aan de burger.