Een vreemd gezicht. We zagen het nog niet eerder: een zeilboot op het Noord-Willemskanaal. Zeilend.
Het bootje, dat niet over een (buitenboord)motor beschikte, laveerde ter hoogte van het haventje tegen de wind in vanuit het zuiden richting de Meerwegbrug. Althans, dat was de bedoeling. Door de veranderlijke wind, de gebrekkige vaarcapaciteit van het bootje en wellicht een gebrek aan zeilervaring van de bemanning verlijerde het scheepje na het overstag gaan net zoveel als het in de slag ervoor had gewonnen.
Ten lange leste ging een van de opvarenden aan wal en trok het scheepje enkele tientallen meters noordwaarts. Toen ze weer instapte, maakte de boot, nu het wat meer wind ving omdat het uit de luwte van bomen was, een flinke slag in de goede richting, maar na het zeil over de andere boeg te hebben gegooid, dreef het weer net zo hard terug.
Uiteindelijk gaf de bemanning het op. Ze legden aan bij de woonschepen, en wij vonden het ook welletjes en vertrokken na toch al gauw een half uur de zeilcapriolen te hebben aanschouwd.